maandag 22 augustus 2016

Hoe leefde het volk van Hendrik en Elisabeth?

Ruth Goodman,
How To Be a Tudor (GB 2015)
Niet in het Nederlands beschikbaar
Geschiedenis, 336 pp.
12 augustus 2016


Mijn bespreking van Goodmans vorige boek, How To Be a Victorian, sloot ik af met de verzuchting: "Hopelijk vindt Goodman de tijd om nog meer van dit soort boeken te schrijven. Ze schijnt gespecialiseerd te zijn in de zestiende eeuw en ik zou maar wat graag How To Be a Tudor lezen." Nou mensen, het is duidelijk dat Goodman een lezer van mijn blog is en goed naar haar fans luistert, want ze heeft me op mijn wenken bediend. Het kan niet anders of ze is na het lezen van mijn enthousiaste bespreking onmiddellijk achter de pc gekropen om het gevraagde boek te produceren, want hier is het al. Dank je wel, Ruth!

De gewone man en vrouw
De meeste Nederlanders hebben vermoedelijk maar een vaag idee wat wordt bedoeld met de Tudorperiode. Daarom even een heel beknopt geschiedenislesje. De eerste Tudor was Hendrik VII, die in 1485 aan de macht kwam na de zittende koning in de pan gehakt te hebben, en de laatste was zijn kleindochter Elizabeth I, die in 1603 overleed en de dochter was van Hendrik VIII (u weet wel, die van de zes echtgenotes en de breuk met de katholiek kerk). In 1485 was Engeland nog een middeleeuwse, roomse natie, in 1603 was het een protestants land verscheurd door godsdiensttwisten, maar stond het met zijn ontdekkingsreizigers, zijn Shakespeare en zijn portretschilderkunst ook midden in het nieuwe tijdperk dat we nu de renaissance noemen. Al die opwindende ontwikkelingen spelen hooguit een achtergrondrol in dit boek, want Goodman is de geschiedkundige van het dagelijks leven, van de gewone man en vrouw, van dat wat je niet in de geschiedenisboekjes aantreft.

Ruth Goodman aan het werk als Tudor-huisvrouw
Bier brouwen
Waardoor Goodman echter vooral opvalt, en wat de BBC-programma's waarin ze met twee collega's 'optreedt' zo verrukkelijk maakt, is dat ze een beoefenaar van de experimentele geschiedenis is. Dat betekent bijvoorbeeld dat Goodman niet alleen op zoek gaat naar recepten voor zestiende-eeuwse ale, maar dat ze die recepten vervolgens ook zelf uitvoert. En dat is niet een kwestie van de juiste ingrediënten bij elkaar gooien en brouwen maar. Ale was een soort bier dat heel anders is dan de huidige ale. Destijds was dit verreweg de meest gedronken drank was, want thee en koffie waren nog niet tot Engeland doorgedrongen en water was onbetrouwbaar. Er waren wel wat commerciële brouwerijtjes, maar de meeste huishoudens brouwden hun eigen bier. In de praktijk was dat een taak voor de vrouw des huizes, die begon met het maken van haar eigen mout. Net zoals het bakken van brood begon met het maken van je eigen gist. Eigenlijk maakte de gewone man/vrouw bijna alles zelf. Zelfs pen en inkt (voor de minderheid die kon lezen en schrijven) waren niet in een winkel te koop. Pennen waren trouwens niet moeilijk te maken: gewoon een ganzenveer bewerken met een pennenmesje.

Zeep en water: gevaarlijk spul
Het grootste deel van het budget van de modale zestiende-eeuwer ging op aan eten en drinken. Kleding was schrikbarend duur en moest daarom vaak een heel leven mee gaan of nog langer. Het was heel normaal om kleding bij testament na te laten als erfstuk. Die werd dan vermaakt en niemand die zich er voor schaamde om tweedehandsjes te dragen. Zelfs de adel deed het. Onderkleding zal minder lang meegegaan zijn, want die werd veelvuldig gewassen, in tegenstelling tot de drager zelf. Niet dat de mensen destijds een schoon lichaam niet belangrijk vonden of graag stonken, maar de heersende opvatting (in tegenstelling tot die uit de middeleeuwen) was dat wassen hoogst ongezond was en zoveel mogelijk vermeden moest worden, omdat allerlei enge ziektes door de poriën het lichaam binnen traden. Als er dan toch gewassen moest worden, dan met koud water, dan bleven de poriën tenminste gesloten. In het kader hiervan was schone onderkleding ook zo belangrijk, want de kleren die het dichtst op de huid gedragen werden, namen de ziekteverwekkers op en moesten daarom veelvuldig verwisseld worden. Uiteraard heeft Goodman dit systeem maandenlang uitgeprobeerd om te kijken wat er gebeurde. Ging ze stinken? Absoluut niet. Niemand merkte er iets van.

Laag bij de grond
Veel huizen in deze periode misten twee heel wezenlijke dingen die wij voor vanzelfsprekend aannemen: een schoorsteen en bedden. Schoorstenen kwamen nog maar net een beetje in zwang en bedden waren een enorme luxe, echt iets voor de welgestelden. Interessant genoeg heeft het een met het ander te maken.
Spend time in such a building with the fire lit [ d.w.z. een open vuur in het midden van de kamer] and you’ll soon notice that there is a distinct smoke horizon below which the air is clear and breathable and above which it is not. Life, then, must be lived beneath the smoke layer. Furniture that raises you up is not helpful; you are better off living on the floor, so that floor needs to be warm, dry and comfortable to sit and sleep upon. Even at the end of the century there were plenty of people who still slept on the floor.
Ruth Goodman en collega's aan de dis.
Niet naar school
Dit is een volstrekt andere wereld dan die van de Victorianen die Goodman in haar vorige boek beschreef. Daarin was het leven ook voor ons nog heel herkenbaar: gewoon wat minder geavanceerde technologie en veel meer armoede, maar in grote lijnen leken de levens al veel op de onze. Men ging naar school, naar kantoor of de fabriek, en er waren winkels. Ook is er over het over dagelijkse doen en laten van de gewone Victorianen ontzettend veel bekend en nagelaten, zodat het gemakkelijk is om het leven van destijds in detail te reconstrueren. Dat zelfde geldt niet voor het tijdperk van de Tudors. Bovendien was hun wereld  in veel opzichten nog een middeleeuwse wereld, waar de meeste kinderen niet naar school gingen, vrijwel iedereen op het land werkte en zelfvoorzienend was, en brood en andere graanproducten voor het gros van de bevolking verreweg het belangrijkste voedsel waren. Meestal at men voor elke maaltijd 'pottage', een soort dikke soep met graan en wat er verder maar voor handen was. Het was vooral belangrijk om zo veel mogelijk calorieën binnen te krijgen, want het landwerk was fysiek buitengewoon zwaar en bestond voor een groot deel uit ploegen. Dat ploegen was namelijk niet alleen noodzakelijk om het land om te woelen, maar ook om voor een goede afwatering te zorgen (drainagepijpen waren nog niet uitgevonden) én het was de beste manier om onkruid te bestrijden. Er werd dus eindeloos geploegd.

Rieten daken
Omdat het leven van de gewone Engelsen uit deze tijd lang niet zo goed is vastgelegd als dat van hun negentiende-eeuwse nazaten, heeft dit boek niet zoveel leuke details en is veel van wat Goodman vertelt veel algemener van aard dan in How To Be a Victorian. Maar dat is niet haar schuld. Ik blijf het fascinerend vinden om te lezen hoe men bijvoorbeeld aan de hand van rieten daken uit die tijd kan afleiden wat voor tarwe er destijds verbouwd werd (heel andere dan nu) en hoe Goodman met die tarwe en recepten uit die tijd aan de slag gaat en ons uit eigen ervaring kan vertellen hoe het brood destijds was (erg stevig en verrassend smakelijk).

PS Aarzel niet om je eigen commentaar toe te voegen. Ik stel het zeer op prijs als mensen de moeite nemen om reacties of aanvullingen te plaatsen. Heb je dit boek besproken op je eigen blog? Dan zou het fijn zijn als je een link bij de reacties plaatst.

4 opmerkingen:

  1. Oh geweldig, dit zijn de leukste boeken! Zo goed en leuk hoe zij inderdaad alles uitprobeert, ik vond die tv series ook altijd bijzonder goed gedaan. het brengt geschiedenis net even iets dichterbij voor veel mensen.
    Dus deze komt weer op het lijstje!

    Groetjes,

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Het is het soort geschiedenis waarvan ik vroeger niet eens wist dat die bestond, maar die een fantastische aanvulling is op de conventionele historie. Leuk dat een vakgebied zoveel facetten kan hebben.

      Verwijderen
  2. Wat een gaaf boek! En idd erg leuk dat ze alles uitprobeert. Eigenlijk waren de mensen uit die tijd veel meer zelfvoorzienend, om er maar eens een modeterm in te gooien.
    Ik had me voorgenomen geen boeken meer aan mijn lijstje toe te voegen, maar daar komt zo toch weer weinig van terecht ;-)

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Dat van die zelfvoorzienendheid was inderdaad een van de dingen die me vooral opvielen. Mede daardoor 'voelde 'het Tudorperiode voor mij ook zo heel anders dan onze eigen tijd.

      Verwijderen